Steenstrips

Wilt u een stevig traditioneel uiterlijk aan uw woonkamer geven in de vorm van een gemetselde wand, dan zijn steenstrips een goede oplossing. Ze kunnen in leuke diverse patronen worden aangebracht. Verkrijgbaar zijn verschillende soorten echte baksteenstrips die, afhankelijk van de dikte, wel of niet gevoegd moeten worden.

Het benodigde gereedschap

• waterpas


• rolmaat


• zaagje


• latten


• metselkoord


• lijmspatel


• emmer


• voegplankje


• voegspijker

De voorbereidingen

Zorg voor een vlakke schone droge wand zonder beschadigingen. Monteer aan beide uiteinden van de wand, van de vloer tot het plafond twee latten. Daarop maakt u een zogenaamde laagverdeling. Een laag is de dikte van de steen plus de dikte van de voeg. Dus als de steen 6 centimeter dik is en de voeg moet 1 centimeter zijn dan is een laag 7 centimeter. Neem de hoogte van de muur en deel dat getal door 7 (lagen). Dan weet u meteen of u stenen genoeg heeft. En u gebruikt die uitkomst, bijvoorbeeld 23, om 23 gelijke delen op twee latten aan te strepen tot de hoogte die u wilt bedekken met de steenstrips.

Metselkoord
De streepjes op de lat zijn het hulpmiddel waarmee u kunt zorgen voor kaarsrechte lagen. Dat doet u door een niet elastisch touwtje met een spijkertje vast te slaan op de streep en die daarna om een spijkertje aan de lat aan de andere kant vast te binden op dezelfde hoogte. Dan heeft een rechte lijn waarlangs u kunt werken. U heeft dan een zogenaamd metselkoord gemaakt.

Tip: pas zonodig de voegdikte (ongeveer 1 cm) aan zodat u op een aantal hele steenstrips uitkomt, want dat ziet er natuurlijk netter uit.

Aan het werk

Steenstrips aanbrengen
Op de (achterkant) van de steenstrips smeert u een ongeveer 3 mm dikke laag lijm. Druk de strip met schuivende bewegingen muurvast, precies langs het metselkoord. Breng het koord na elke laag met een maatstreep omhoog. Op de hoeken van de muur moeten steenstrips vaak worden verkleind. Bakstenenstrips zijn eenvoudig met een beitel aan de achterzijde in te krassen en vervolgens te breken.

Voegen
Nadat u de lijm de aangegeven tijd heeft laten drogen, kunt u beginnen met voegen. Meng hiervoor in een emmer een kant en klaar voegsel of een specie van cement en rivierzand. De voegspecie moet u niet te nat maken. Tip: neem wat specie in de hand en knijp hier een bal van. De speciebal moet dan heel blijven en mag dus niet uit elkaar vallen. Maak de specie vooral niet te nat. Te natte specie drijft weer uit de voegen en u krijgt dan een behoorlijke knoeiboel. Neem wat voegsel op het voegplankje en strijk het met de voegspijker stevig tussen de strips. Kies voor een volle, een terugliggende of een uitgeholde voeg. In het laatste geval drukt u een stuk elektriciteitspijp in de natte mortel. Een rustiek uiterlijk ontstaat door over een volle voeg met een stevige borstel te strijken.